Inbrengen suprapubische katheter

U heeft met uw arts besproken dat u een buikkatheter krijgt. Dit noemen we suprapubische katheter. In deze folder staat informatie over deze behandeling en hoe u het moet gebruiken.

Wat is een suprapubische katheter?

Een suprapubische katheter is een hol, soepel dun slangetje. Het slangetje voert de urine uit de blaas af. We brengen het slangetje via de huid door uw buikwand gelijk in uw blaas. De urine gaat via de slang naar een opvangzak. De opvangzak zit met bandjes aan uw been vastgemaakt. Als de opvangzak aan het slangetje vastzit, plast u niet meer op de gewone manier. Als op het slangetje een afdekdopje (flipflow) zit, kunt u nog wel gewoon proberen te plassen.

Waarom is een suprapubische katheter nodig?

Waarom kiezen we voor een suprapubische katheter? Het gebied rond de katheter is vaak makkelijker schoon te maken dan bij een katheter via de plasbuis. Ook kan het beter aanvoelen. Sommige mensen krijgen na een behandeling tijdelijk een suprapubische katheter. We meten dan de hoeveelheid urine die achter blijft. Bent u seksueel actief? Een suprapubische katheter bij het vrijen is makkelijker dan een blaaskatheter.

Voorbereiding

Gebruikt u bloed verdunnende medicijnen? Meld dit dan bij uw behandeld arts. Meestal moet u het gebruik hiervan stoppen. Uw arts vertelt u of dit voor u ook geldt. Uw arts vertelt u dan ook wanneer u ze weer mag gebruiken.

U heeft bij het maken van de afspraak voor deze behandeling een recept voor 1 gift antibioticum gekregen. Dit middel voorkomt ontstekingen. Twee uur vóór de behandeling slikt u het antibioticum.

De behandeling

  • Tijdens de behandeling ligt u op uw rug op de behandeltafel. U krijgt meestal eerst een gewone blaaskatheter via uw plasbuis. Die katheter gebruiken we om uw blaas te vullen. Uw blaas is dan makkelijker aan te prikken.
  • De arts maakt een echo. Hiermee controleert hij/zij de vulling van uw blaas en kijkt waar uw blaas zit. Daarna maken wij uw huid schoon Dit doen we met jodium. Bent u allergisch voor jodium? Meld dit dan vóór de behandeling. We gebruiken dan een ander middel.
  • De arts verdooft de huid van uw buik. Daarna maakt de arts een klein sneetje. Dit doet hij/zij net boven uw schaambeen. Door het sneetje prikt de arts met een holle naald in de blaas. Het prikken kan gevoelig zijn. Door het holle buisje plaatst de arts de katheter. De arts verwijdert hierna het holle buisje. De katheter blijft achter in de blaas.
  • Aan het uiteinde van de katheter zit een kleine ballon. We vullen deze ballon met water. Hiermee voorkomen we dat de katheter uit uw blaas glijdt. Na het plaatsen van de buikkatheter, verwijderen we de katheter die via uw plasbuis in uw blaas zit.
  • Op het wondje bij de suprapubische katheter komt een steriel gaas.
  • Aan de katheter maken we een opvangzak vast. Het kan ook zijn dat u een afdekdopje krijgt. De verpleegkundige van de Urologie Polikliniek legt u uit hoe u met de katheter moet omgaan.
  • Na het plaatsen van de suprapubische katheter kunt u weer naar huis. Zorg ervoor dat iemand u thuisbrengt.
  • De behandeling duurt ongeveer 15 minuten.

Mogelijke problemen

Na het inbrengen van de suprapubische katheter kunnen problemen optreden:

  • De urine kan bloederig zijn. Soms is het dan nodig de blaas te spoelen. Dit doen we als de katheter verstopt raakt of als u klontjes in het slangetje heeft. Het spoelen gebeurt op de Urologie Polikliniek. Het is belangrijk dat u voldoende water drinkt (2 liter).
  • Schade aan de weefsels rond de blaas. Bijvoorbeeld aan een bloedvat of darmlis.
  • Koorts boven 38.5 ˚Celsius.

Deze problemen komen niet vaak voor.

Hoe voorkomt u ontstekingen?

Een suprapubische katheter levert meestal geen problemen op zolang u geen ontsteking krijgt.

De volgende regels helpen u ontstekingen te voorkomen:

  • Was iedere dag uw huid met water. Dit doet u rondom het sneetje waar we de katheter hebben ingebracht.
  • Droog hierna uw huid goed af.
  • Was uw handen vóór en na het loskoppelen of vervangen van een opvangzak.
  • Zorg ervoor dat de katheter niet knikt.
  • Zorg ervoor dat de slang tussen de katheter en de opvangzak goed zit. Let erop dat de opvangzak lager ligt dan uw blaas.
  • Draag loszittende kleding. Te strakke kleding kan de urinestroom onderbreken.
  • Voor een goede afvloed van de urine via de katheter drinkt u minstens 1,5 à 2 liter.

U verdeelt dit over de ochtend, middag en avond. Uw arts vertelt aan u als er andere regels voor u gelden. Volg die dan op .

Wanneer vervangen we de katheter?

De eerste keer vervangen we de katheter na 6 weken. Daarna meestal na 6 tot 12 weken. Het vervangen van de katheter gebeurt meestal op de Urologie polikliniek. Soms doet de thuiszorg dit bij u thuis.

Heeft u langer dan 2 weken de katheter nodig? U krijgt een “starterspakket” mee. Hierin zitten genoeg materialen voor 6 weken.

Heeft u nieuwe voorraad nodig? Neem dan contact op met het bedrijf Bosman. Dit bedrijf levert uw nieuwe materialen. Wij hebben hiervoor een toestemmingsformulier ingevuld. Uw gegevens zijn bij hen bekend. Uw zorgverzekeraar betaalt wat u nodig heeft.

Een nieuwe katheter bestelt u ook bij dit bedrijf. U houdt deze katheter thuis tot u weer naar het ziekenhuis komt voor het wisselen van de katheter. Dan neemt u deze katheter mee naar uw afspraak.

Het starterspakket dat u heeft meegekregen, bestaat uit

  • dag- en nachtzakken
  • een bedhaak
  • beenbandjes

De dagzak zit overdag onder uw kleding. 's Avonds voor het slapen gaan, doet u de nachtzak aan uw dagzak. Let erop dat het kraantje van de nachtzak dicht is en het kraantje van de dagzak open. Uw urine kan dan van de dagzak naar de nachtzak lopen.

De katheter en beenzak vormen een gesloten systeem. Zorg er goed voor dat het systeem gesloten blijft. Dit is erg belangrijk. Het gesloten systeem voorkomt dat er bacteriën in de katheter of beenzak komen. De beenzak mag alleen van de katheter los als u de beenzak verschoont.

Welke andere problemen kunnen voorkomen?

Lekkage

Af en toe kan er urine lekken uit uw plasbuis. Dit is meestal een gevolg van blaaskrampen. U voelt dit als pijn in de onderbuik. U heeft dan aandrang om te plassen. Dit kan geen kwaad. Hiervoor kunt u continentiemateriaal (verbandmiddel) dragen. Heeft u veel last van buikpijn of aandrang? Uw arts kan u een recept geven voor medicijnentegen deze klachten.

Afknikken

Zorg ervoor dat de slang tussen de katheter en de opvangzak goed zit. Let erop dat de opvangzak lager dan uw blaas zit. Zorg ervoor dat er geen knik in de katheter komt. Voorkom dit door de katheter met een ruime lus op uw buik vast te plakken. Doe dit met papieren pleisters. Draag loszittende kleding. Te strakke kleding kan de urinestroom onderbreken.

Verstopping

Stroomt er geen urine meer in de zak? De katheter zit dan dicht. U heeft dan last van een ‘vol gevoel’ in uw onderbuik. U kunt dan veel aandrang voelen. U kunt misselijk zijn. Is dit het geval? Waarschuw uw arts of verpleegkundige. Verwijder de katheter nooit zelf.

Het leeglopen van de ballon zodat de katheter eruit valt

Als de katheter uit de blaas valt neemt u direct contact op met de Urologie Polikliniek. Na openingstijd van de polikliniek neemt u contact op met de Spoedeisende Hulp van het ziekenhuis. We moeten de katheter binnen 2 uur weer inbrengen. Daarna kan het gaatje dicht gaan. We moeten dan opnieuw prikken.

Ontstekingen

Is uw urine troebel, ruikt het sterk en zitten er veel vlokken in? U kunt dan een blaasontsteking hebben. Alleen bij koorts en/of buikpijn is het nodig om hiervoor antibiotica te slikken. Heeft u hier last van? Neem dan contact op met de Urologie Polikliniek. We kunnen u dan vragen om een urinekweek in te leveren.

Let op: de urine voor kweek moet wel uit de katheterslang zelf komen en niet uit de opvangzak. Die urine zit al vol met bacteriën.

Wanneer roept u hulp in?

  • Als u wel hebt gedronken, maar er stroomt 3 uur geen urine in de zak
  • als de pijn in uw onderbuik blijft
  • bij aanhoudende urinelekkage langs de katheter
  • bij koorts boven 38,5 °C
  • als de katheter uit uw buik gevallen is

Contactgegevens

Voor vragen belt u met de Urologie polikliniek:

  • van maandag tot en met vrijdag
  • tussen 8.00 en 16.30 uur
  • via telefoonnummer (070)210 6482

Buiten deze tijden neemt u alléén als het spoed is, contact op met de Spoedeisende Hulp. Telefoonnummer (070) 210 2060

Wat vindt u van deze patiënteninformatie?

Wij horen graag uw mening over deze folder. Wilt u na het lezen enkele vragen beantwoorden? U vindt de vragen via deze link: https://folders.hagaziekenhuis.nl/2228. Dank u wel.

Spreekt u geen of slecht Nederlands?

De informatie in deze folder is belangrijk voor u. Als u moeite heeft met de Nederlandse taal, zorg dan dat u deze folder samen met iemand leest die de informatie voor u vertaalt of uitlegt.

Do you speak Dutch poorly or not at all?

This brochure contains information that is important for you. If you have difficulty understanding Dutch, please read this brochure with someone who can translate or explain the information to you.

Czy Państwa znajomość języka niderlandzkiego jest żadna lub słaba?

Informacje zawarte w tym folderze są ważne dla Państwa. Jeśli język niderlandzki sprawia Państwu trudność, postarajcie się przeczytać informacje zawarte w tym folderze z kimś, kto może Państwu je przetłumaczyć lub objaśnić.

Hollandaca dilini hiç konuşamıyor musunuz veya kötü mü konuşuyorsunuz?

Bu broşürdeki bilgi sizin için önemlidir. Hollandaca dilinde zorlanıyorsanız, bu broşürü, size tercüme edecek ya da açıklayacak biriyle birlikte okuyun.

إذا كنتم لا تتحدثون اللغة الهولندية أو تتحدثونها بشكل سيء إن المعلومات الموجودة في هذا المنشور مهمة بالنسبة لكم. إذا كانت لديكم صعوبة في اللغة الهولندية، فاحرصوا عندئذ على قراءة هذا المنشور مع شخص يترجم المعلومات أو يشرحها لكم.

Deel deze informatie