Mogelijk drager van resistente bacterie

Een resistente bacterie is een bacterie die niet meer reageert op de meest gebruikte antibiotica. We noemen deze bacteriën een Bijzonder Resistent Micro-Organisme (BRMO). Een voorbeeld van een BRMO is de MRSA bacterie

BRMO’s zijn bacteriën die veel mensen bij zich dragen, zonder dat ze daar ziek van worden. De bacteriën bevinden zich meestal op de huid, in de neus of in de darmen. Soms veroorzaken BRMO’s een infectie en is een behandeling met antibiotica nodig. BRMO’s zijn echter ongevoelig (resistent) voor een aantal van de veelgebruikte antibiotica. Omdat de mogelijkheden voor behandeling hierdoor beperkt zijn, doet het ziekenhuis er alles aan om te voorkomen dat BRMO’s zich in het ziekenhuis verspreiden.

Patiënten in het ziekenhuis hebben een verminderde weerstand en zijn daardoor gevoeliger voor infecties dan gezonde mensen. Daarom is het belangrijk om te voorkomen dat bacteriën of virussen zich verspreiden naar andere patiënten. In het ziekenhuis worden maatregelen genomen om te voorkomen dat BRMO’s zich verspreiden.

U hebt meer kans om een resistente bacterie bij u te dragen als u:

• In het verleden vaak (verschillende soorten) antibiotica heeft gebruikt.
• Opgenomen bent geweest in een buitenlands ziekenhuis. Resistente bacteriën komen daar vaker voor.
• Intensief contact heeft gehad met een persoon die de resistente bacterie bij zich draagt.
• Woont of werkt op een bedrijf waar grootschalig levende varkens, vleeskalveren of vleeskuikens worden gehouden.
• De afgelopen twee maanden in een andere Nederlandse zorginstelling bent opgenomen of behandeld.
• In de afgelopen twee maanden in een centrum voor asielzoekers heeft gewoond.

Soms draagt u een resistente bacterie bij u, zonder dat hier een oorzaak voor is aan te wijzen. Dit komt doordat deze bacteriën onder de algemene bevolking voorkomen.

Om te onderzoeken of u een verhoogde kans heeft om drager te zijn worden bij uw bezoek door de medewerker van de afdeling een aantal vragen gesteld. Wanneer u een van deze vragen met ‘ja’ beantwoord heeft, is het belangrijk om dragerschap te controleren. Dit gebeurt door middel van een kweek. Hoe u dit zelf doet kunt u lezen in de folder ‘ Kweekinstructie BRMO / MRSA voor patiënten ’. De uitslag is na ongeveer vier tot vijf dagen bekend.

Er zijn 4 mogelijkheden:

1. De uitslag is negatief: u bent gèèn drager van een resistente bacterie.

Er worden geen extra voorzorgsmaatregelen genomen.

2. De uitslag is positief: u bent drager van een BRMO, bijvoorbeeld MRSA

Wanneer bij u een resistente bacterie wordt aangetroffen dan worden extra voorzorgsmaatregelen genomen. Deze maatregelen noemen we ook wel isolatiemaatregelen. Meestal gelden deze tot aan uw ontslag uit ons ziekenhuis. Welke isolatiemaatregelen dan worden genomen is afhankelijk van het soort BRMO dat wordt gevonden en de manier waarop de BRMO zich kan verspreiden. Meer hierover kunt u lezen in de folder ‘ Isolatiemaatregelen ’. Op de polikliniek gelden meestal geen isolatiemaatregelen. Met uitzondering van enkele poliklinische afdelingen waar behandelingen worden uitgevoerd. U wordt hier dan op de afdeling over geïnformeerd.

3. De uitslag is onbekend: er zijn nog geen kweken afgenomen of de uitslag is nog niet bekend.

Is het voor opname of behandeling niet bekend of u de bacterie bij u draagt? Dan worden isolatiemaatregelen genomen tot de uitslag bekend is.

4. De uitslag is negatief voor BRMO of MRSA, maar u heeft nog steeds een verhoogde kans om drager te zijn van een resistente bacterie.

Op het moment van de afname van de kweek bent u geen drager van een resistente bacterie. U heeft wel verhoogde de kans om besmet te raken met een BRMO of MRSA. De uitslag van de kweek die u heeft afgenomen is drie maanden geldig.

Bezoek

Tijdens uw ziekenhuisopname kunt u gewoon bezoek ontvangen. Het bezoek moet zich bij de verpleging melden voor de te nemen voorzorgsmaatregelen, voordat zij u bezoeken.

Beëindiging van isolatiemaatregelen

Tijdens uw opname kan het zijn dat er regelmatig een kweek afgenomen wordt om te bepalen of de bacterie nog aanwezig is. In de meeste gevallen stoppen de isolatiemaatregelen als de bacterie een jaar lang niet meer bij u gevonden wordt. Soms wordt besloten vanwege de soort BRMO om de isolatiemaatregelen te verlengen.

Adviezen voor thuis

Thuis zijn er geen speciale maatregelen nodig. Het is wel belangrijk om goede handhygiëne toe te passen.

Voor meer informatie kunt u terecht bij de behandelend arts.