Wilsbeschikking en -verklaring

Iedereen kan in een situatie terechtkomen waarin hij/zij grote beslissingen moet nemen. Het is goed alvast uw mening vast te leggen over onderwerpen zoals:

  • stervensbegeleiding
  • wel of geen verdoving in uw laatste tijd van uw leven
  • wel of niet gereanimeerd
  • wel of geen organen weggeven na uw dood

In deze folder vindt u algemene informatie over verschillende wilsbeschikkingen en wilsverklaringen.

We gebruiken in de tekst de ‘hij-vorm’. Hier kunt u ook de ‘zij-vorm’ lezen. Hebben we het over een behandeling? Dan hebben we het over alle zorg- en hulpverlening.

Stervensbegeleiding

We spreken over stervensbegeleiding als anderen u kunnen helpen tijdens het laatste stukje van uw leven.

U kunt extra zorg willen of nodig hebben. Deze zorgvraag kan wisselen. Het hangt af van wat u nodig hebt. Dingen die meespelen zijn bijvoorbeeld:

  • de beleving van uw ziekte
  • pijn
  • invloed van uw geloof
  • uw kijk op uw leven
  • familieomstandigheden.

De zorg bij stervensbegeleiding kan bestaan uit medische- en/of verpleegkundige begeleiding, bijvoorbeeld:

  • pijnbestrijding
  • lichamelijke verzorging
  • speciaal dieet geven

Wilt u praten met een maatschappelijk werker of een geestelijk verzorger? Geef dit aan bij de verpleegkundige of uw arts. Hij/zij zorgt ervoor dat zij bij u komen.

Wilt u een eigen kamer? Geef dit door aan de verpleegkundige of uw arts.

Vaak is het mogelijk om meer en langer bezoek te ontvangen.

Wilt u thuis in uw eigen omgeving sterven? Of gaat u liever naar een Hospice? De transferverpleegkundige kan dit voor u regelen. Een Hospice is een woning voor mensen in het laatste stukje van hun leven.

Bespreek uw wensen en vragen met uw arts. Het HagaZiekenhuis biedt verschillende mogelijkheden op het gebied van stervensbegeleiding.

Euthanasie

Lijdt u als patiënt ondraaglijk? Wilt u niet verder leven? Vraagt u om hulp bij het dood gaan? Als een arts u helpt bij het doodgaan spreken we van euthanasie. De arts moet zich dan aan wettelijke regels houden. Deze regels liggen vast in de ‘Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding’. Beter bekend als de ‘Euthanasiewet’.

Alleen als u nog wilsbekwaam bent, kunt u vragen om hulp bij het doodgaan.

U moet dan weten wat voor:

  • ziekte u hebt
  • gevolgen dit voor u heeft
  • behandelingen (nog) mogelijk zijn

Hebt u genoeg informatie gehad? Begrijpt u de informatie ook? Hier moet de arts zeker van zijn voordat hij/zij u helpt met uw verzoek.

Als het zover is, geeft de arts u een sterk slaapmiddel. U valt dan in een diepe slaap. Daarna geeft de arts u het dodelijk middel.

Wat valt niet onder de wet?

  • Het stoppen van een (medische) behandeling die volgens de geldende medische begrippen zinloos is.
  • Het stoppen van een (medische) behandeling omdat u of uw partner en/of familie geen toestemming geven.
  • Het stoppen of niet uitvoeren van een behandeling als u dat wilt.
  • Dit kan zijn:
    • stoppen met het geven van medicijnen en/of voedsel via het infuus
    • het uitschakelen van sommige apparaten die de patiënt in leven houden

Deze handelingen (of het nalaten ervan) verkorten vaak het leven. Ze horen tot het normale medisch helpen in de laatste tijd van het leven (terminale fase).

Reanimatie

Reanimeren betekent tot leven wekken’. Zijn uw bloedsomloop en ademhaling levensbedreigend? Zoals bijvoorbeeld bij het stilstaan van het hart? Dan proberen we zo snel mogelijk de bloedsomloop en ademhaling weer in orde te krijgen. Dit doen we omdat de hersenen niet lang zonder zuurstof kunnen.

Een reanimatie is heftig. Het heeft een kleine kans van slagen. Het lukt soms om het hart weer kloppend te krijgen en de ademhaling weer op gang te brengen. Het lukt niet altijd de patiënt weer bij bewustzijn te krijgen.

Het zuurstoftekort kan er verder voor zorgen dat de hersenen na reanimatie niet meer goed werken. Een reanimatie heeft niet altijd het gewenste gevolg. In de ziekenhuisfolder ‘Niet reanimeren en andere behandelbeperkingen’ vindt u hier meer informatie over.

Donorregister

Op 01 juli 2020 is de donorwet aangepast. Vanaf 18 jaar staat iedereen op de donorlijst U geeft in deze lijst aan of u organen wilt weggeven. Voorbeelden van organen zijn bijvoorbeeld een nier of longen. Voorbeelden van weefsels zijn huid of bloedvaten.

Vul uw keuze in. Zo weet uw familie of u wel of geen donor bent. Vult u geen keuze in? Dan komt er bij uw naam ‘geen bezwaar tegen orgaandonatie’

Dat betekent dat uw organen na uw overlijden naar een patiënt kunnen gaan. De arts in het ziekenhuis bespreekt dit met uw familie. Weet uw familie heel zeker dat u geen organen wilde weggeven? En gaat de arts hierin mee, dan bent u geen donor.

Het is erg belangrijk dat uw partner en familie weet wat uw keuze is. Vul daarom uw keuze in.

Orgaan- of weefseldonatie

Wat zijn de organen en weefsels, die u kunt weggeven?

Organen Weefsels
Hart Huid
Long Hoornvlies
Nieren Pees- en botweefels
Lever Hartkleppen
Dunne Darm Grote bloedvaten
Alvleesklier  

Het verschil tussen beiden heeft te maken met de aanvoer van zuurstof. Organen hebben de hele tijd aanvoer van zuurstofrijk bloed nodig. Zo blijven ze goed voor transplantatie. Daarom beademen wij bij orgaandonatie de (hersendode) donor kunstmatig. Orgaandonatie is hierdoor vaak alleen mogelijk als iemand doodgaat (aan hersenletsel) in een ziekenhuis. Het hangt ook af van leeftijd en ziektegeschiedenis.

U kunt bijna altijd weefsels weggeven. Bij deze vorm is zuurstofrijk bloed niet belangrijk. Het kan dus ook als iemand thuis doodgaat.

Meer informatie op www.donorregister.nl

Uw lichaam schenken voor medisch- en wetenschappelijk onderzoek

Wat gebeurt er met uw lichaam als u deze schenkt voor medisch onderzoek?

Uw lichaam gaat naar een (medische)universiteit. Studenten leren daar veel over de bouw van het menselijk lichaam. Daarnaast zijn lichamen nodig voor medisch specialisten. Zij ontwikkelen dan bijvoorbeeld nieuwe operatietechnieken.

Wat gebeurt er met uw lichaam als u deze schenkt aan de wetenschap?

De universiteit krijgt dan volledige zeggenschap over uw lichaam. Uw familie krijgt uw lichaam niet terug om te begraven/cremeren. We laten uiteindelijk wel de resten van uw lichaam cremeren. Soms pas na jaren.

Wilt u uw lichaam aan de wetenschap schenken?

Maak een zelf geschreven brief, onderteken het en schrijf er een datum op. Dit noemen we een codicil. De universiteit waar uw lichaam naar toegaat bewaart uw brief. Uw huisarts en u krijgen een kopie hiervan.

Let op

Gaat uw lichaam naar een universiteit? U kunt dan geen organen of weefsels weggeven. Wij doen dan ook geen onderzoek naar de oorzaak van uw doodgaan.

Obductie

Bij obductie stelt de patholoog uw doodsoorzaak vast. Hij/zij onderzoekt uw inwendige organen. Er zijn 2 soorten obductie:

  • als de rechter dit wilt
  • als uw arts niet zeker is van uw doodsoorzaak

De rechter geeft opdracht voor obductie als we spreken van een niet-natuurlijke dood. U moet dan denken aan bijvoorbeeld, doodgaan door:

  • een ongeluk
  • een strafbare situatie (moord)
  • zelfmoord

Als de arts obductie wil laten doen, heeft hij toestemming nodig. Dit kan als u voor uw dood:

  • een levenstestament bij de notaris hebt gemaakt
  • een codicil hebt
  • een ondertekende wilsverklaring hebt. Daar moet ook een datum opstaan

Heeft u geen toestemmingsverklaring? Uw familie kan dan na uw dood toestemming geven. Als er geen toestemmingsverklaring is, kan uw familie toestemming geven.

Uw arts beslist niet. Hij kan wel toestemming vragen aan uw familie als hij de doodsoorzaak wil weten. Dit gebeurt vaak bij onverwacht overlijden. Uw familie kan ook zelf om obductie vragen.

Wilsverklaringen

De Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE) heeft standaardbrieven voor wilsverklaringen. U kunt ook zelf een brief maken. Persoonlijke teksten zeggen vaak meer over uw wensen.

Heeft u een wilsverklaring gemaakt? Bespreek het met uw huisarts. Kijk voor meer informatie op: www.nvve.nl

De niet-reanimeren wilsverklaring

In een wilsverklaring over niet-reanimeren legt u wanneer u geen reanimatie wilt. Dit kan bijvoorbeeld bij een adem- en/of circulatiestilstand zijn. Dit heet een NTBR-verklaring: Not To Be Reanimated.

Meer informatie hierover staat in de folder ‘Niet reanimeren en andere behandelbeperkingen’.

Behandelverbod

Wilsbekwame personen vanaf 16 jaar mogen zelf beslissen of zij behandelingen willen. Ook als dit betekent dat zij doodgaan. Dit kunnen zij opschrijven in een behandelverbod. Dit staat in de Wet Geneeskundige BehandelingsOvereenkomst (WGBO). In dit verbod legt u vooraf vast de arts u mag behandelen. Denk hierbij aan als u in coma raakt. Of dat u alleen nog behandeling wilt om uw pijn en ongemak tegen te houden.

Leg uw wensen vast. Ze liggen dan vast en gelden nog steeds als u zelf niet meer uw wensen kan bespreken. Bijvoorbeeld als u in coma ligt.

Donorregister/-codicil

Bent u ingeschreven in het donorregister? Dan ligt het weggeven van uw organen na uw dood vast. Uw arts kan dit donorregister makkelijk bekijken.

Wat vindt u van deze patiënteninformatie?

Wij horen graag uw mening over deze folder. Wilt u na het lezen enkele vragen beantwoorden? U vindt de vragen via deze link: https://folders.hagaziekenhuis.nl/2228. Dank u wel.

Spreekt u geen of slecht Nederlands?

De informatie in deze folder is belangrijk voor u. Als u moeite heeft met de Nederlandse taal, zorg dan dat u deze folder samen met iemand leest die de informatie voor u vertaalt of uitlegt.

Do you speak Dutch poorly or not at all?

This brochure contains information that is important for you. If you have difficulty understanding Dutch, please read this brochure with someone who can translate or explain the information to you.

Czy Państwa znajomość języka niderlandzkiego jest żadna lub słaba?

Informacje zawarte w tym folderze są ważne dla Państwa. Jeśli język niderlandzki sprawia Państwu trudność, postarajcie się przeczytać informacje zawarte w tym folderze z kimś, kto może Państwu je przetłumaczyć lub objaśnić.

Hollandaca dilini hiç konuşamıyor musunuz veya kötü mü konuşuyorsunuz?

Bu broşürdeki bilgi sizin için önemlidir. Hollandaca dilinde zorlanıyorsanız, bu broşürü, size tercüme edecek ya da açıklayacak biriyle birlikte okuyun.

إذا كنتم لا تتحدثون اللغة الهولندية أو تتحدثونها بشكل سيء إن المعلومات الموجودة في هذا المنشور مهمة بالنسبة لكم. إذا كانت لديكم صعوبة في اللغة الهولندية، فاحرصوا عندئذ على قراءة هذا المنشور مع شخص يترجم المعلومات أو يشرحها لكم.

Deel deze informatie