Voorstadium borstkanker (ductaal carcinoom in situ)
Laatste wijziging: 09-12-2025 Foldernummer: 1354
Voorstadium borstkanker (ductaal carcinoom in situ)
In deze folder vind je informatie over een voorstadium van borstkanker, ook wel ductaal carcinoom in situ (DCIS) genoemd. Je leest wat het betekent als je deze diagnose krijgt en wat de behandelmogelijkheden zijn.
Tegenstrijdige gevoelens
De diagnose ‘een voorstadium van borstkanker’ kan voor je verwarrend zijn. De arts zegt vaak: ‘Het is goed nieuws en slecht nieuws tegelijk’. Het is geen borstkanker, maar wordt wel als zodanig behandeld om borstkanker en eventuele uitzaaiingen in de toekomst te voorkomen. De behandeling kan daarom ook ingrijpend zijn.
Wat is een voorstadium van borstkanker?
In de borst zitten klierkwabben en melkgangen. Dit zijn de plekken waar kanker kan ontstaan. DCIS is een voorstadium van kanker dat ontstaat in een melkgang. De slechte cellen zijn nog niet buiten de grenzen van die melkgang gegroeid. De cellen hebben al wel de vorm van kankercellen, maar ze zijn nog niet in het omliggende weefsel doorgegroeid. DCIS is geen borstkanker, maar kan wel tot borstkanker leiden. Of en wanneer dit gebeurt, is niet te voorspellen. Dit kan bijvoorbeeld over 5 maanden zijn, maar ook over 5 jaar. Daarom is het belangrijk om DCIS te behandelen zodra we het ontdekken. DCIS kan in principe niet uitzaaien.
3 soorten DCIS
Er zijn 3 soorten DCIS:
- Graad 1: goed gedifferentieerd*. De cellen zijn afwijkend maar lijken nog goed op de oorspronkelijke cellen.
- Graad 2: matig gedifferentieerd. De cellen zijn afwijkend maar zitten tussen goed en slecht gedifferentieerd in (tussen DCIS graad 1 en 3)
- Graad 3: slecht gedifferentieerd. De cellen zijn afwijkend en lijken nauwelijks meer op de oorspronkelijke cellen.
* Differentiatie is het proces waarbij cellen steeds meer gaan verschillen van oorspronkelijke cellen in vorm en functie.
Hoe ontdekken we DCIS?

DCIS is op een borstfoto vaak zichtbaar als kalkspatten. Als er kalkspatten op de foto te zien zijn, betekent dit niet altijd dat het om DCIS gaat. Er zijn ook goedaardige kalkspatten. De diagnose DCIS stellen we met behulp van een biopsie.
DCIS kan in principe niet uitzaaien. Wel kan er binnen het gebied van DCIS ook borstkanker ontwikkeld zijn. Na de operatie wordt het verwijderde weefsel onderzocht, om dit te beoordelen. Vrouwen met een DCIS graad 3 lopen een wat groter risico dat de tumor in de borst kwaadaardig wordt. Bij vrouwen met DCIS graad 1 en 2 is dat risico laag.
Standaardbehandeling DCIS: een operatie
Jouw behandelend arts bespreekt met je wat de operatiemogelijkheden zijn. Dit kan zijn:
- Een borstsparende operatie met of zonder plastisch chirurg.
Hierbij halen we alleen het gebied weg waarin de DCIS zit. Vaak is er na deze operatie bestraling nodig. Bestraling verkleint de kans op terugkeer van de DCIS. Bij een borstsparende operatie kan het zinvol zijn dat de plastisch chirurg jou samen met de oncologisch chirurg opereert, zodat de vorm van de borst zo mooi mogelijk blijft.
- Een borstamputatie met of zonder reconstructie.
Hierbij halen we alleen het gebied weg waarin de DCIS zit. Vaak is er na deze operatie bestraling nodig. Bestraling verkleint de kans op terugkeer van de DCIS.Bij een borstsparende operatie kan het zinvol zijn dat de plastisch chirurg jou samen met de oncologisch chirurg opereert, zodat de vorm van de borst zo mooi mogelijk blijft.
Heb jij DCIS graad 1 of 2? Dan is het ook mogelijk om in studieverband (als onderdeel van wetenschappelijk onderzoek) af te zien van een operatie. De chirurg en mammacare verpleegkundige kunnen jou meer uitleg geven hierover.
Voorbereiden op de operatie: markering met magneetzaadje
DCIS is meestal niet te voelen in de borst. Om het plekje goed terug te kunnen vinden tijdens de operatie, plaatsen we een magneetzaadje in het gebied van DCIS. Dit gebeurt een aantal dagen vóór de operatie tijdens een röntgen- of echografisch onderzoek van de borst. Tijdens de operatie verwijdert de chirurg het weefsel rondom deze magneetzaad.
Onderzoek van de schildwachtklier
Vaak is vooraf onduidelijk of er sprake is van alleen DCIS of DCIS met borstkanker. Binnen het gebied van DCIS kan namelijk wel borstkanker ontstaan. Borstkanker kan uitzaaien, bijvoorbeeld naar de lymfeklieren. Het omgekeerde komt ook voor: DCIS ontstaat rond een borstkankertumor die er al eerder was. Indien dit nodig is, wordt met de operatie van de borst ook de zogenaamde schildwachtklier verwijderd. Deze lymfeklier onderzoeken we op mogelijke uitzaaiingen.
Dit gebeurt als:
- De kans op borstkanker in een DCIS gebied groot is.
- Het DCIS gebied zelf groot is.
- Je een voelbare vorm van DCIS hebt.
Weefselonderzoek na de operatie
Na de operatie onderzoekt de patholoog-anatoom het weggenomen DCIS-weefsel (en eventueel de schildwachtklier). Een patholoog-anatoom is een medisch specialist die weefsels en cellen onderzoekt en een diagnose stelt. Een week na de operatie krijg je de uitslag van de arts te horen tijdens een afspraak op de polikliniek. Wanneer blijkt dat niet alle DCIS is weggenomen, volgt er een tweede operatie. De keuze voor een borstsparende operatie of een borstverwijdering wordt dan opnieuw gemaakt. Die keuze hangt ook af van de grootte van het resterende DCIS en de grootte van de borst.
Tot slot
Als je vragen hebt of als iets onduidelijk is, bespreek dit dan met jouw arts of de mammacare verpleegkundige.
Op werkdagen kun je de mammacare verpleegkundige van de locatie bereiken via:
Locatie Den Haag:
- Via telefoonnummer (06) 30600865
- Via de BeterDichtbij –app of via e-mail: mammacare@hagaziekenhuis.nl
Locatie Zoetermeer:
- Via telefoonnummer (079) 346 2814
- Via de BeterDichtbij-app
Wat vindt u van deze patiënteninformatie?
Wij horen graag uw mening over deze folder. Wilt u na het lezen enkele vragen beantwoorden? U vindt de vragen via deze link: https://folders.hagaziekenhuis.nl/2228. Dank u wel.
Spreekt u geen of slecht Nederlands?
De informatie in deze folder is belangrijk voor u. Als u moeite heeft met de Nederlandse taal, zorg dan dat u deze folder samen met iemand leest die de informatie voor u vertaalt of uitlegt.
Do you speak Dutch poorly or not at all?
This brochure contains information that is important for you. If you have difficulty understanding Dutch, please read this brochure with someone who can translate or explain the information to you.
Czy Państwa znajomość języka niderlandzkiego jest żadna lub słaba?
Informacje zawarte w tym folderze są ważne dla Państwa. Jeśli język niderlandzki sprawia Państwu trudność, postarajcie się przeczytać informacje zawarte w tym folderze z kimś, kto może Państwu je przetłumaczyć lub objaśnić.
Hollandaca dilini hiç konuşamıyor musunuz veya kötü mü konuşuyorsunuz?
Bu broşürdeki bilgi sizin için önemlidir. Hollandaca dilinde zorlanıyorsanız, bu broşürü, size tercüme edecek ya da açıklayacak biriyle birlikte okuyun.
إذا كنتم لا تتحدثون اللغة الهولندية أو تتحدثونها بشكل سيء إن المعلومات الموجودة في هذا المنشور مهمة بالنسبة لكم. إذا كانت لديكم صعوبة في اللغة الهولندية، فاحرصوا عندئذ على قراءة هذا المنشور مع شخص يترجم المعلومات أو يشرحها لكم.