Afasie - Taalstoornis door niet-aangeboren hersenletsel

Wanneer iemand getroffen is door een beroerte of een andere vorm van niet-aangeboren hersenletsel, kan spreken (tijdelijk) moeilijk zijn. Meestal staat dit niet op zichzelf en kunnen er ook andere problemen zijn, zoals met de slikfunctie en/of met bewegen. In deze folder leest u meer over afasie. De folder is bedoeld voor patiënten en hun naasten.

Wat is afasie?

Afasie is een taalstoornis als gevolg van niet-aangeboren hersenletsel. Spreken, begrijpen, lezen en schrijven, het vinden van de juiste woorden en gebaren maken zijn onderdeel van ons taalgebruik. Wanneer één of meer van deze onderdelen niet meer goed functioneren, is sprake van afasie. Afasie uit zich bij iedere patiënt anders.

De ernst en omvang van afasie zijn onder andere afhankelijk van de plaats en de ernst van het hersenletsel. Sommige patiënten met afasie kunnen taal wel goed begrijpen, maar hebben moeite met het vinden van de juiste woorden. Anderen spreken juist veel, maar wat zij zeggen is voor de gesprekspartner niet of moeilijk te begrijpen. Naast problemen met het begrijpen van gesproken taal en het spreken, kunnen ook problemen optreden met lezen en schrijven.

Hoe ontstaat afasie?

Afasie ontstaat door niet-aangeboren hersenletsel. Dit kan betekenen dat een bloedvat verstopt raakt (herseninfarct) of juist kapot gaat (hersenbloeding). Verzamelnamen voor deze aandoeningen zijn beroerte of CVA (cerebrovasculair accident). Soms is een trauma (beschadiging in de hersenen door bijvoorbeeld een verkeersongeluk), een infectie of een hersentumor de oorzaak.

Wat doet de logopedist?

Wanneer afasie wordt vermoed, onderzoekt de logopedist de aard en ernst van de afasie. De logopedist brengt het functioneren van de patiënt op het gebied van begrijpen, spreken, lezen, schrijven en het zoeken naar en vinden van woorden in kaart. Er wordt bekeken wat de gevolgen zijn in de communicatie. Aan de hand daarvan geeft de logopedist adviezen voor de communicatie.

Hierna wordt gestart met de logopedische behandeling. Deze behandeling kan bestaan uit oefeningen die gericht zijn op de gestoorde onderdelen van de taal. Zodra de patiënt met afasie het ziekenhuis verlaat, is in de meeste gevallen een vervolg van logopedie nodig. Er volgt dan een overdracht naar een logopedist in een vervolginstelling of een logopedist in de eerste lijn.

Communicatieadviezen voor familie en omgeving

De communicatie met en voor patiënten met afasie kan lastig zijn. De volgende adviezen kunnen u mogelijk helpen:

Wilt u zelf iets aan de patiënt vertellen?

  • Spreek rustig en in korte zinnen, benadruk de belangrijkste woorden in een zin.
  • Neem voldoende tijd tussen uitspraken en reacties.
  • Stel vragen waar de patiënt met ja of nee op kan antwoorden.
  • Schrijf steekwoorden op.
  • Wijs aan waar u over spreekt als dat mogelijk is.
  • Bij het stellen van vragen kunt u bijvoorbeeld keuzevragen stellen (‘Wilt u koffie of thee ?’). Schrijf de keuzebegrippen naast elkaar op om de keuze te verduidelijken. Meestal zijn reacties op geschreven steekwoorden het meest betrouwbaar. Deze extra ondersteuning is veelal nodig voor de patiënt om het te begrijpen.?’). Schrijf de keuzebegrippen naast elkaar op om de keuze te verduidelijken. Meestal zijn reacties op geschreven steekwoorden het meest betrouwbaar. Deze extra ondersteuning is veelal nodig voor de patiënt om het te begrijpen.

Wil de patiënt met afasie u iets vertellen?

  • Structureer het gesprek door duidelijk te krijgen over wie het gaat, wat er is gebeurd en waar
  • Stimuleer de patiënt om dingen aan te wijzen.

Ondanks bovenstaande tips kan het voorkomen dat u er samen niet uitkomt. Laat het onderwerp dan rusten en kom er later op terug.

Vragen

Heeft u nog vragen over afasie en/of de gevolgen daarvan? Dan kunt u terecht bij de verpleegkundige of vragen naar de logopedist.

Wat vindt u van deze patiënteninformatie?

Wij horen graag uw mening over deze folder. Wilt u na het lezen enkele vragen beantwoorden? U vindt de vragen via deze link: https://folders.hagaziekenhuis.nl/2228. Dank u wel.

Spreekt u geen of slecht Nederlands?

De informatie in deze folder is belangrijk voor u. Als u moeite heeft met de Nederlandse taal, zorg dan dat u deze folder samen met iemand leest die de informatie voor u vertaalt of uitlegt.

Do you speak Dutch poorly or not at all?

This brochure contains information that is important for you. If you have difficulty understanding Dutch, please read this brochure with someone who can translate or explain the information to you.

Czy Państwa znajomość języka niderlandzkiego jest żadna lub słaba?

Informacje zawarte w tym folderze są ważne dla Państwa. Jeśli język niderlandzki sprawia Państwu trudność, postarajcie się przeczytać informacje zawarte w tym folderze z kimś, kto może Państwu je przetłumaczyć lub objaśnić.

Hollandaca dilini hiç konuşamıyor musunuz veya kötü mü konuşuyorsunuz?

Bu broşürdeki bilgi sizin için önemlidir. Hollandaca dilinde zorlanıyorsanız, bu broşürü, size tercüme edecek ya da açıklayacak biriyle birlikte okuyun.

إذا كنتم لا تتحدثون اللغة الهولندية أو تتحدثونها بشكل سيء إن المعلومات الموجودة في هذا المنشور مهمة بالنسبة لكم. إذا كانت لديكم صعوبة في اللغة الهولندية، فاحرصوا عندئذ على قراءة هذا المنشور مع شخص يترجم المعلومات أو يشرحها لكم.

Deel deze informatie