Gastroscopie

Laatste wijziging: 21-01-2025 Foldernummer: 1575


U krijgt een kijkonderzoek van de slokdarm, maag en het eerste deel van de dunne darm. Het medische woord hiervoor is gastroscopie. Het onderzoek wordt gedaan om eventuele afwijkingen op te sporen en/of uit te sluiten.

In deze patiëntenfolder leest u hoe u zich op dit onderzoek moet voorbereiden, hoe het onderzoek verloopt en wat de nazorg is.

Op de afdeling Endoscopie werken naast de Maag-Darm-Leverartsen (MDL-artsen), ook MDL-artsen in opleiding tot specialist (AIOS). Zij doen zelf de onderzoeken onder supervisie van één van de MDL-artsen. Er is altijd overleg tussen de MDL-arts in opleiding tot specialist en de MDL-arts.

Het kan voorkomen dat het onderzoek vóór uw afspraak uitloopt. Dit betekent dat u dan later wordt geholpen. Wij vragen uw begrip hiervoor.

Voorbereiding

Als u een roesje krijgt dan wordt u voorafgaand aan het onderzoek opgenomen op de uitslaapkamer van de afdeling Endoscopie. Hier krijgt u een bed toegewezen. Ter voorbereiding op het onderzoek doet de verpleegkundige ook andere noodzakelijke handelingen.

Lees meer hierover in de folder Sedatie bij endoscopisch onderzoek .

Als u tijdens dit onderzoek een roesje krijgt, mag u op de dag van het onderzoek niet zelfstandig aan het verkeer deelnemen. Ook moet uw begeleiding u in de wachtkamer komen ophalen. U mag dus geen auto, (brom-)fiets of scootmobiel besturen. U mag ook niet alleen lopend, met het openbaar vervoer of met de taxi naar huis. Bent u slecht ter been? Dan kunt u gebruikmaken van een rolstoel; deze staan bij de receptie.

Zonder begeleiding krijgt u geen roesje.

Om het onderzoek goed en veilig uit te kunnen voeren, is het belangrijk dat u een lege maag heeft.

  • Dit betekent dat u voorafgaand aan uw onderzoek tenminste 6 uur lang niets meer mag eten.
  • U mag nog wel heldere dranken drinken tot 2 uur voor het onderzoek.
  • Als u niet nuchter bent gaat het onderzoek niet door.

Medicatie

Bloedverdunnende medicijnen 

Gebruikt u bloedverdunnende medicijnen? Bespreek dit dan ruim van tevoren met uw arts die het onderzoek heeft aangevraagd.
Uw arts bepaalt vooraf welke bloedverdunners u wel mag gebruiken en met welke u moet stoppen.

Moet u starten met nieuwe bloedverdunnende medicijnen na het endoscopie-intakegesprek? Geeft u dit dan telefonisch door aan de afdeling Endoscopie. Het telefoonnummer staat onderaan in deze folder.

Heeft u stollingsstoornissen? Vertel dit ook ruim van tevoren aan uw arts.
 

Suikerziekte (diabetes)

Medicatie voor suikerziekte neemt u niet in vanaf het moment dat u nuchter moet zijn.

  • Gebruikt u insuline? Neem dan ruim voor het onderzoek contact op met uw diabetesverpleegkundige of huisarts.
  • Neem uw medicijnen of insuline mee naar het onderzoek.

Andere medicijnen

Heeft u andere medicijnen? Dan neemt u deze in zoals u gewend bent.

Het onderzoek

Vóór het onderzoek neemt het onderzoeksteam nog een aantal vragen met u door.

Kunt u zich niet goed uiten, bijvoorbeeld door afasie, dementie of ander hersenletsel? Neem dan iemand mee die namens u spreekt.

Losse gebitsdelen haalt u vóór het onderzoek uit uw mond.

Tijdens het onderzoek ligt u op uw linkerzijde. De verpleegkundige plaatst een bijtring tussen uw tanden. De arts brengt de kijkslang via de bijtring naar uw keel en hierna wordt de kijkslang verder geschoven naar de slokdarm, maag en tot in het eerste deel van de dunne darm. Door het inbrengen van de kijkslang kunt u gaan kokhalzen.

Tijdens het onderzoek wordt via de kijkslang lucht ingeblazen om de slokdarm, maag en de dunne darm te laten ontplooien. Het kan zijn dat u van de ingeblazen lucht moet boeren.

Als de arts het nodig vindt, worden er tijdens het onderzoek stukjes weefsel (biopten) afgenomen voor verder onderzoek. Dit is niet pijnlijk.

Het onderzoek duurt ongeveer 5 minuten.

Na het onderzoek

Na afloop van het onderzoek mag u weer naar huis.

Als u een roesje heeft gehad, gaat u weer terug naar de uitslaapkamer van de afdeling Endoscopie. U blijft hier nog maximaal één uur om uit te slapen.
Na het onderzoek krijgt u een formulier mee met de voorlopige uitslag.

Mogelijke bijwerkingen en complicaties

Complicaties komen bij een gastroscopie zelden voor.

  • Zit in de maag nog voedsel? Dan kan dit tijdens het onderzoek leiden tot verslikken.
  • Komt in de luchtpijp voedsel terecht? Dan kan een luchtweginfectie of longontsteking optreden.
  • Als u een behandeling heeft, bestaat een kleine kans op een bloeding of een scheurtje in het slijmvlies.
  • U kunt na het onderzoek nog een tijd een rauw gevoel in de keel hebben. Dit gevoel wordt vanzelf minder.

Nazorg

  • Heeft u klachten van toenemende buikpijn en/of koorts?
  • Of verliest u grote hoeveelheden bloed?

Neem dan tijdens kantoortijden contact op met de afdeling Endoscopie.

Bij problemen buiten kantoortijden neemt u contact op met de Spoedeisende Hulp.

Contactgegevens

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Of kunt u niet naar het onderzoek komen?
Bel dan met de afdeling Endoscopie. Ook als u na het onderzoek problemen of klachten heeft, belt u met de afdeling Endoscopie.

 De afdeling Endoscopie locatie Den Haag is bereikbaar:

  • van maandag tot en met vrijdag
  • tussen 8.00 uur en 17.00 uur
  • telefoonnummer (070) 210 2066

Buiten deze tijden neemt u alleen in spoedgevallen contact op met de Spoedeisende Hulp via telefoonnummer: (070) 210 2060.

De afdeling Endoscopie locatie Zoetermeer is bereikbaar:

  • van maandag tot en met vrijdag
  • tussen 8.00 uur en 16.30 uur
  • telefoonnummer (079) 346 2509
  • in het ziekenhuis vindt u de afdeling Endoscopie via route 71

Buiten deze tijden neemt u alleen in spoedgevallen contact op met de Spoedeisende Hulp: telefoonnummer (079) 346 2539

Wat vindt u van deze patiënteninformatie?

Wij horen graag uw mening over deze folder. Wilt u na het lezen enkele vragen beantwoorden? U vindt de vragen via deze link: https://folders.hagaziekenhuis.nl/2228. Dank u wel.

Spreekt u geen of slecht Nederlands?

De informatie in deze folder is belangrijk voor u. Als u moeite heeft met de Nederlandse taal, zorg dan dat u deze folder samen met iemand leest die de informatie voor u vertaalt of uitlegt.

Do you speak Dutch poorly or not at all?

This brochure contains information that is important for you. If you have difficulty understanding Dutch, please read this brochure with someone who can translate or explain the information to you.

Czy Państwa znajomość języka niderlandzkiego jest żadna lub słaba?

Informacje zawarte w tym folderze są ważne dla Państwa. Jeśli język niderlandzki sprawia Państwu trudność, postarajcie się przeczytać informacje zawarte w tym folderze z kimś, kto może Państwu je przetłumaczyć lub objaśnić.

Hollandaca dilini hiç konuşamıyor musunuz veya kötü mü konuşuyorsunuz?

Bu broşürdeki bilgi sizin için önemlidir. Hollandaca dilinde zorlanıyorsanız, bu broşürü, size tercüme edecek ya da açıklayacak biriyle birlikte okuyun.

إذا كنتم لا تتحدثون اللغة الهولندية أو تتحدثونها بشكل سيء إن المعلومات الموجودة في هذا المنشور مهمة بالنسبة لكم. إذا كانت لديكم صعوبة في اللغة الهولندية، فاحرصوا عندئذ على قراءة هذا المنشور مع شخص يترجم المعلومات أو يشرحها لكم.

Deel deze informatie