Met uw specialist heeft u afgesproken, dat u binnenkort in het HagaZiekenhuis Zoetermeer behandeld wordt en dat uw opname waarschijnlijk niet langer dan een dag duurt. Het gaat om een operatie, waarbij een vorm van verdoving of narcose wordt toegepast voor een kortdurende behandeling.

In deze folder vindt u informatie die u kan helpen u goed op uw verblijf in ons ziekenhuis voor te bereiden. Voor deze behandeling is bewust gekozen om uw verblijf in het ziekenhuis zo kort mogelijk te houden. De afdeling Dagbehandeling is speciaal ingericht voor deze kortdurende behandeling. Er bestaat altijd een mogelijkheid dat u op advies van de specialist langer moet blijven (tot in de avond) of een nacht moet overblijven op de verpleegafdeling.

Meenemen

• Medicijnen die u thuis gebruikt (onder andere insuline) en eventueel een medicijnkaart.
• Slippers of pantoffels.
• Een boek of een tijdschrift, voor op de afdeling.
• Een goed bereikbaar telefoonnummer van de persoon die u komt ophalen.

Afhankelijk van de ingreep makkelijke, ruime zittende kleding en schoenen meenemen of aantrekken.
Bij sommige ingrepen heeft u namelijk een dik verband, gips, kousen of een pijnlijke wond waardoor aankleden moeilijk is.

Niet meenemen

• sieraden;
• bankpasjes en geld.

U heeft de beschikking over een eigen kastje waarin u uw kleding en andere bezittingen kunt opbergen. Er zijn kluisjes aanwezig waar eventueel uw telefoon, portemonnee en/of bril in kunnen. De sleutel van de kluis gaat met u mee naar de operatiekamer.

Het HagaZiekenhuis Zoetermeer is niet verantwoordelijk voor schade aan of diefstal van privébezittingen. Wij raden u dringend aan om waardevolle spullen zoveel mogelijk thuis te laten.

• Draag geen sieraden of piercings. Als deze niet af of uit kunnen moet u ze bij een juwelier verwijderen, voordat u wordt opgenomen in het ziekenhuis.
• Gebruik geen make-up, bodylotion en/of crèmes op uw gezicht en lichaam.
• Laat (gedeeltelijk) kunstgebit, contactlenzen of bril op de verpleegafdeling achter voordat u naar de voorbereidingskamer gaat.
• In overleg met de verpleegkundige wordt bepaald of u eventueel uw gehoorapparaat mee mag nemen.
• U moet voor de operatie ‘nuchter’ zijn. Dat betekent dat u vanaf een bepaalde tijd niet meer mag eten, drinken. U mag ook niet roken. Dit is belangrijk om misselijkheid, braken en terugvloeien van maaginhoud in uw keel te voorkomen. Dit kan namelijk levensbedreigend zijn. Volg de instructies die u van de anesthesist heeft gekregen over eten en drinken daarom goed op. Als u niet nuchter bent kan de operatie niet doorgaan.
• Neem medicatie in zoals besproken met de anesthesioloog tijdens het pre-operatief spreekuur.

• Tot 6 uur voor opname mag u gewoon eten en drinken.
• Daarna mag u tot 2 uur voor opname alleen nog helder vocht drinken. U kunt kiezen uit: water (zonder prik), thee of koffie (eventueel met suiker, maar zonder melk), appelsap, aanmaak limonade of sportdranken zonder prik.

N.B.: Geen Roosvicee, geen koolzuurhoudende dranken en geen melkproducten.

Let op: Binnen de laatste 2 uur voor opname is het dus absoluut niet toegestaan te eten en/of te drinken (slechts een slokje water voor eventuele medicijnen)! Dit geldt ook voor kauwgom en pepermunt.

Diabeten : alleen water (zonder prik), thee of koffie (zonder suiker en melk).

• Op de dag van opname wordt u op de afgesproken tijd bij de afdeling Dagbehandeling verwacht. De afdeling Dagbehandeling bevindt zich op de 3e verdieping, route 66 (met uitzondering van sommige cataract-patiënten).
• De afdeling Dagbehandeling is open van maandag tot en met vrijdag van 07.30 uur tot 18.00 uur.
• Het tijdstip van uw operatie is op het moment van uw opname bekend. Er kunnen onvoorziene wijzigingen in het programma zijn, waardoor u wij u vragen rekening te houden met enige wachttijd.
• U wordt ontvangen door een verpleegkundige. De verpleegkundige neemt een vragenlijst met u door. Enige tijd voordat u geopereerd wordt, vraagt de verpleegkundige u de operatiekleding aan te trekken en in bed te gaan liggen.
• Er vindt een aantal handelingen plaats, zoals controle van uw pols, bloeddruk en temperatuur. Als er pre-medicatie is afgesproken, dan krijgt u dit aangereikt of toegediend door de verpleegkundige.
• Uw kamer deelt u met meerdere personen. Er wordt op de afdeling Dagbehandeling gemengd verpleegd. Er zijn dus zowel vrouwelijke als mannelijke patiënten op dezelfde kamer.
• Stel gerust vragen wanneer iets niet duidelijk is. Uw specialist of een verpleegkundige geeft u graag meer informatie.

Wanneer u in bed ligt, brengt een verpleegkundige u naar de operatiekamer. Hier krijgt u de afgesproken verdoving toegediend.
Naast de algehele narcose bestaan er ook enkele vormen van plaatselijke verdoving. Dan krijgt u bijvoorbeeld een prik in de oksel, de arm of in de rug. U voelt dan in het verdoofde gebied geen pijn meer, maar het kan zijn dat u wel voelt dat u wordt aangeraakt. Enige tijd na de ingreep is het verdovingsmiddel weer uitgewerkt.

Na de operatie wordt u naar de uitslaapkamer/verkoevergebracht, waar u kunt bijkomen. De verkoever verpleegkundigen houden u nog een tijdje zorgvuldig in de gaten.

Wanneer u voldoende hersteld bent en de pijn dragelijk is, gaat u weer naar de afdeling Dagbehandeling terug. Uw contactpersoon wordt telefonisch ingelicht. Als het medisch verantwoord is, krijgt u na de behandeling thee, koffie en een beschuit- of broodmaaltijd.

Heeft u een dieet? Meld dit dan van te voren!

Na de operatie blijft u zo lang als nodig ter controle op de afdeling (Met uitzondering van cataract-patiënten. Deze patiëntengroep mag meteen naar huis). Voordat u naar huis gaat, maakt de verpleegkundige voor u een controleafspraak op de polikliniek en geeft u de nodige informatie mee voor thuis.

Pijnstilling 

Voor een goed herstel is het belangrijk dat u, afhankelijk van uw operatie, goed kunt doorademen, ophoesten en bewegen. Pijn mag hiervoor geen belemmering zijn.

Om die reden houden we goed in de gaten of/en hoeveel pijn u heeft na de operatie. U krijgt zo nodig (extra) medicijnen tegen de pijn. Het is vooral de eerste dagen na de operatie verstandig om de pijnmedicatie op vaste tijden in te nemen. Hierdoor krijgt u constante hoeveelheid pijnmedicatie en voorkomt u dat u tussendoor pijn krijgt.

Pijnbestrijding in het ziekenhuis

De pijnscore

De beleving van pijn is per patiënt verschillend. Veel mensen vinden het moeilijk om uit te leggen hoeveel pijn zij hebben. Dat is begrijpelijk. Een ander kan uw pijn immers niet voelen.

Om uw eventuele pijn goed te kunnen bestrijden, is het noodzakelijk om te weten hoeveel pijn u heeft. Uw rol daarin is erg belangrijk. U voelt de pijn en alleen u kunt bepalen hoe erg het is.

Om de pijn te bepalen wordt gebruikt gemaakt van pijnregistratie. Dit betekent voor u dat verpleegkundigen en artsen zullen vragen naar een pijncijfer. Dit cijfer wordt u gevraagd op de verkoever na de operatie en op de verpleegafdeling. Daarbij wordt gebruik gemaakt van een 'pijnschaal', een soort thermometer voor de pijn.

De verpleegkundige vraagt u een paar keer om aan te geven hoeveel pijn u op dat moment beleeft. Dit gebeurt als u net terug bent van de operatieafdeling en voordat u naar huis mag. Zo nodig wordt het vaker gevraagd. U mag te allen tijden aangeven wanneer u pijn heeft.

Aan u wordt gevraagd de pijn een cijfer te geven van 0 tot 10.

• Als u geen pijn hebt, geeft u dat aan met een 0.
• Heeft u dragelijke pijn, dan kunt u een cijfer tussen 1 en 4 geven. Het cijfer 4 is de ergste pijn die u mag voelen, een operatie is nooit helemaal pijnloos. U mag dan niet belemmerd worden bij bewegen, doorademen en hoesten. Dit is ook het maximale pijncijfer, dat u thuis mag hebben met de basismedicatie die u krijgt voorgeschreven.
• Een pijnscore van 5 en hoger is reden om in te grijpen. U moet dit direct doorgeven aan de verpleegkundige, zodat zij/hij u extra medicatie kan geven. Belangrijk is dat u niet te lang wacht. De pijn gaat niet vanzelf over.
• 10 is de ergste pijn die u zich voor kunt stellen. Dit cijfer mag eigenlijk nooit voorkomen.

Pijn is een persoonlijke ervaring. Als u bijvoorbeeld denkt dat uw pijn een 5 is, dan geeft u een 5. Ook al denkt u dat een ander daarvoor misschien een 3 of een 7 zou geven. U kunt nooit een verkeerd cijfer geven. Het gaat immers om de pijn die u ervaart.
Het is belangrijk dat u aan de verpleegkundige en de arts laat weten hoe het met de pijn is en of de pijnstillers goed werken.

Zij kunnen dan eventueel andere middelen geven of de hoeveelheid aanpassen. Hoe langer u wacht met het melden van pijn, hoe lastiger het is om de pijn voldoende te bestrijden. In dit geval is  'flink zijn' niet gewenst. Wacht daarom ook niet te lang om te bellen.

Aanhoudende pijn

Door ervaring weten we welke operaties pijnlijk en minder pijnlijk zijn. Behalve uw pijncijfer is ook deze kennis en ervaring bepalend voor de pijnmedicatie die u krijgt. Als u toch nog veel pijn heeft, nemen we contact op met uw behandelend arts om te overleggen hoe we uw pijn kunnen verminderen.

Pijnbestrijding thuis

Als alles goed gaat, mag u na enige uren weer naar huis. Het is vooral de eerste dagen verstandig om de pijnstillers op vaste tijden in te nemen. Dit voorkomt dat u tussendoor pijn krijgt.

Voordat u naar huis gaat, krijgt u te horen welke pijnmedicatie u mag innemen en ontvangt u eventueel hiervoor een recept. Deze medicatie kan bestaan uit:

• Paracetamol: 4x daags 2 tabletten van 500 mg (u mag dit maximaal zeven dagen slikken).
• Naproxen: 3x daags 1 tablet van 250 mg (u mag dit maximaal vier dagen slikken).
• Oxycodon lang of kortwerkend.

Voor alle duidelijkheid

• U gebruikt de medicijnen naast elkaar. Het is dus niet of/of.
• Heeft u het gevoel dat u de pijnstillers kunt afbouwen? Stop dan eerst met Naproxen en daarna met Paracetamol.
• Mocht u ook Oxycodon voorgeschreven gebruiken, dan stopt u eerst met de Oxycodon en vervolgens met de Naproxen en Paracetamol.
• Heeft u na afloop van het aantal aangegeven dagen nog steeds pijn? Neem dan contact op met uw huisarts.

Pijn na een operatie is bijna onvermijdelijk. Hopelijk is het nu duidelijk voor u dat teveel pijn na een operatie niet goed voor u is.
Het is niet nodig en het staat uw herstel in de weg. De pijn moet draaglijk zijn voor u. Praat erover met de verpleegkundige en eventueel met uw behandelend arts.

In sommige gevallen komt de arts nog bij u langs voordat u met ontslag gaat.

Wij adviseren u van tevoren uw vervoer naar huis goed te regelen. U kunt in geen geval zelf naar huis rijden en reizen met het openbaar vervoer raden wij af. Maakt u daarom een afspraak met familie of vrienden dat zij u ophalen. Wanneer dat niet mogelijk is, kan de verpleegkundige van de afdeling een taxi voor u bestellen.

Wanneer er narcose is toegediend, mag u de eerste nacht niet alleen thuis zijn.

• U kunt op de afdeling dagbehandeling geen bezoek ontvangen.
• Zorgt u voor een contactadres en telefoonnummer.
• Het kan zijn dat u door onvoorziene omstandigheden langer moet blijven in het ziekenhuis. Uw contactpersoon wordt dan op de hoogte gesteld.

• De dag van de operatie kunt u bij problemen tot 18:00 uur contact opnemen met de afdeling dagbehandeling via telefoonnummer: (079) 346 23 07.
• Van 18.00 uur tot 07.30 uur de volgende dag kunt u contact opnemen met de Spoedeisende Hulp via telefoonnummer: (079) 346 65 39.
• Indien u een oogoperatie heeft ondergaan, dient u na 18.00 uur contact op te nemen met de dienstdoende oogarts in het HagaZiekenhuis Den Haag via telefoonnummer: (070) 210 00 00.

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen? Neem dan contact op met de afdeling Dagbehandeling. Bereikbaar op werkdagen van:

• maandag t/m vrijdag
• van 08.30 tot 18.00 uur
• telefoonnummer: (079) 346 63 07