Duimbasis artrose is slijtage van het kraakbeen aan de basis van de duim in het zadelgewricht. Het is één van de meest voorkomende plaatsen waar artrose ontstaat. Door het kraakbeenverlies ontstaan er bothaken rondom het gewricht die voor pijn en een stram gevoel zorgen.

Wat is de oorzaak?

De oorzaak is niet precies bekend. Behalve genetische factoren spelen overbelasting, oude breuken en sommige ziektes (reuma) een rol.

Wat zijn de klachten?

De meest voorkomende klachten zijn pijn, stram gevoel en krachtsverlies.

De diagnose

De diagnose wordt gesteld op basis van het verhaal van de patiënt, de bevindingen bij het lichamelijk onderzoek en röntgenfoto’s.

Conservatieve (niet operatieve) behandeling

In een vroeg stadium is conservatieve behandeling mogelijk: spalk, oefeningen en houdingsadviezen gegeven door de handtherapeut, in combinatie met ontstekingsremmers gegeven door de reumatoloog of handchirurg. Omdat artrose niet overgaat komt er meestal een moment waarop chirurgisch ingrijpen noodzakelijk is.

Operatieve behandeling:

Meestal wordt het versleten botje (os trapezium) aan de duimbasis weggehaald. De holte die ontstaat, wordt door het lichaam opgevuld met littekenweefsel. Vroeger werd de holte opgevuld met een pees uit de pols of een prothese van kunststof. Inmiddels hebben veel studies aangetoond dat de resultaten van al deze verschillende technieken hetzelfde zijn, maar dat de meest simpele techniek (os trapezium weghalen) de minste kans op complicaties geeft.

In bijzondere gevallen is het noodzakelijk om een andere techniek toe te passen, bijvoorbeeld het verleggen van een pees, uw handchirurg zal u op de polikliniek hierover informeren.

Na de operatie

Na de operatie wordt de duim gedurende 1 tot 2 weken geïmmobiliseerd met behulp van een verband of gipsspalk. Daarna wordt de spalk vervangen door een afneembare spalk en beginnen zo nodig de oefeningen bij de handtherapie.

U wordt uiteraard naar beste kunnen behandeld, maar bij elke operatie is er een kans op complicaties zoals: allergische reacties op gebruikte verdovingsvloeistoffen of materialen, bloeduitstorting, nabloeding, infectie, ontstaan van een hypertrofisch litteken en trombose. Deze complicaties komen echter zelden voor. De huid rond het litteken kan gevoelloos raken, dit kan geruime tijd zo blijven. In enkele gevallen keert het gevoel rondom de littekens niet of niet helemaal terug. Verstoorde wondgenezing komt zeer zelden voor. Deze risico’s en complicaties, evenals het belang van het stoppen met roken, zijn tijdens het consult met de arts besproken. Hoewel de operatie met de grootste zorg zal worden uitgevoerd, maar het genezingsproces per individu verschilt, is het voor ons niet mogelijk om garanties te geven.

Indien u vragen heeft na het lezen van de folder of na de ingreep kunt u contact opnemen met de polikliniek Plastische Chirurgie. Bij nood, buiten kantooruren, kunt u contact opnemen met de spoedeisende hulp.

De polikliniek Plastische Chirurgie is bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 08:00 tot 16.30 uur via telefoonnummer: (079) 346 28 04.